Boschrand 

 

was nog bij de tentoonstelling van Jeroen Bosch vorige week. Vermoed mijn allerlaatste bezoek aan een dergelijk uniek mag een mens niet missen evenement. Qua marketing en communicatie hebben de jongens en meisjes van de academie het nu wel in de vingers, maar dat staat niet meer in verhouding tot het potentieel aangenaam vertoeven waar een mens op hoopt in de voorbeschouwing.  De hele tijd type mensen- die je op een feestje uit alle macht probeert te vermijden - met audiotour op hun hoofd tien minuten pontificaal met hun kop vlak voor het schilderij, elk schilderij, waarna ze drie minuten later alles weer vergeten zijn.  Lopen elkaar  in de museumshop dan nog eens lelijk in de weg bij het kopen van de catalogus en nog wat dingen, die nooit meer ingekeken worden, maar ja, je wilt het moment bewaren, dat weten de mensen van het museum ook, dus storten ze de hele mikmak uit over de meute. Was prachtig die Jeroen ehhh, hè verdorie hoe heette die ook al weer,  schat weet jij het nog? " Staat op de voorkant van dat boek dat je zo nodig moest kopen".  Late Rembrandt, Bowie, Bosch, let but. Bij Bowie gingen sommigen zelfs dansen, vaak relationeel en fysiek merkbaar teleurgestelde vrouwen en mannen, op zekere leeftijd.  Enthousiaste  wilde onzekere  bewegingen met onbeheerste uithalen naar passerende koptelefoons, want al dertig jaar niet meer zo'n fijn moment gehad zeg maar en dan let je niet op alles, met een harde lach (koptelefoon op)  die uitnodigt tot erkenning, goed hè van mij en vervolgens met nog steeds die koptelefoon op lekker hard praten met de partner, die ook zo'n ding op heeft, ook  naar de man die net een klap op zijn kop kreeg en  meteen gillend en lachend excuus aangeboden krijgt, SORRYYYYYYYYYYHAHAHAHAGOEDHÈ!!! Het eindelijk thuis gevoel, zij het dat  deze uitgelatenen weer met regelmaat overlopen werden door schoolklassen die tikkertje deden, omdat ze er totaal geen reet aan vonden, Bowie wie?, maar het stond op het culturele educatie schoolprogramma. Ik ga volgende week lekker naar het late werk van Jasper van Draaijenburg in de wachtruimte van de tandarts. Kost ook nog eens niet duur. 

 

@huibertaart

 

Weet u nog waar u was toen het Sociaal Akkoord werd gesloten?

 

De zzp’er is een virus op de arbeidsmarkt dat deze regering met kracht bestrijdt.  De Wet Werk en Zekerheid (WWZ) en de wet DereguleringBeoordelings Arbeidsrelaties oftewel de wet DBA zijn er voor bedacht. Daarmee is een van Neerlands mooiste onvergankelijke zinnen ontkracht, ik doel op Willem Elsschot’s ‘tussen droom en daad staan wetten in de weg, en praktische bezwaren’.

De wetgever heeft zich de droom toegeëigend, praktische bezwaren worden genegeerd.

We lezen bijna dagelijks over de gure bijverschijnselen en te verwachten gevolgen van die wetten zonder het gevoel te krijgen dat het de coalitie op andere gedachten brengt. De Mededingswet wordt gebruikt om een gelijk speelveld voor werknemers en opdrachtnemers op de arbeidsmarkt te verhinderen op basis van formuleringen die ooit bedacht zijn voor omstandigheden, die niet eens in de buurt komen van de huidige arbeidsmarkt.

Ik maak de transitie van werkend Nederland nu een paar jaar intensief mee. Transitie is een gevaarlijk verhullend woord, het klinkt mooi, het ruikt en zweet niet, het ligt niet wakker, het hoort vooral bij nieuwe grote abstracties.  Ik zie 50 plussers verbluft om zich heen kijken nadat ze hun baan zijn kwijt geraakt en er niet snel iets vergelijkbaars voor terugkrijgen. “Baanzekerheid”, het lijst zo makkelijk in, “ bestaat niet meer, het is nu werkzekerheid en daar is iedereen in de eerste plaats zelf verantwoordelijk voor”. Ook zo’n grote abstractie  Maar hoe dan? Ik hoor zoveel mensen bedrukt antwoorden: “ als ik eenmaal aan tafel zit, dan red ik me wel” . Een feit is  dat ze niet aan tafel worden uitgenodigd. Nee en dat geldt inmiddels voor een paar honderdduizend 50-plussers, veelal goed opgeleid. Jongeren daarentegen horen vooral onder welke voorwaarden zij mogen komen, slikken of stikken. Het is in een paar jaar tijd een onzekere wereld geworden.

Veel staat inmiddels ter discussie. Werkgever- en werknemerschap, opdrachtgever-en opdrachtnemerschap, het bestaande businessmodel en de aanval daarop vanuit het onbekende, de disruptie. De oudere werknemer is al gekruisigd, de oudere werkgever ontsnapt er vooralsnog aan. Nieuwe werkvormen komen op, payroll floreert, traineeships, inleen/uitleenconstructies En dat gaat allemaal over ons of kan binnenkort over ons gaan, want baanzekerheid weet u wel.

Snelle veranderingen, grensoverschrijdende krachten en machten. Bestaande structuren en instituties verweren zich omdat ze niet veranderd willen worden, en zelf niet in staat zijn om te veranderen. Pensioenfondsen kraken, politiek en vakbonden ploeteren voort in een V&Dmodel met achterhaald en onduidelijk aanbod voor een doelgroep die er niet meer is.  Bij de volgende verkiezingen maakt de curator, de formateur in dat geval  de balans op om de restanten over te nemen en te herschikken.

Om in de terminologie van de verkiezingen te blijven – is het belangrijk om een verkenner aan te wijzen of liever een wat breder samengestelde groep verkenners. Onderwerpen:

 

·      De wereld voor werkenden is veranderd.

·      Het is belangrijk dat zoveel mogelijk mensen werken.

·      Het is belangrijk dat werkenden niet tegen elkaar uitgespeeld worden op prijsniveau, geen race to the bottom.

·      Wat zijn werkbare condities om een gelijk speelveld te realiseren

·      Hoe kunnen we dat juridisch en fiscaal vorm en inhoud geven.

·      Welke bestaande structuren en regelgeving zullen daartoe aangepast moeten worden

·      Hoe kan de wetgevende en uitvoerende macht daarbij te hulp schieten

·      Opdat we allemaal op een redelijke en normale wijze ons brood kunnen verdienen

·      En daarbij bereid zijn om dat wat vast staat ter discussie te stellen, ook verworven rechten, want geen recht zonder plicht. 

 

De framing van ‘de zzp’er’ als een bedreiging zet honderdduizenden werkenden en zij die naarstig op zoek zijn naar werk op het verkeerde been, maakt opdrachtgevers onzeker.  Het zijn turbulente tijden,  werknemers worden zzp’ers en omgekeerd. Er is tijd nodig om na 20 of 30 jaar dienstverband ondernemerschap op te kunnen pakken. Nieuwe leerdoelen, nieuwe gedragscompetenties, nieuw vertrouwen opbouwen. Daar is hulp en begrip bij nodig, dat kost tijd, vereist een meedenkende overheid en uiteraard zijn er grenzen aan voorzieningen en mogelijkheden. Maar het is niet omgekeerd, niet de situatie en mentaliteit zoals het Sociaal Akkoord ons heeft gebracht.

Er zijn gelukkig genoeg zzp’ers die prima voor zichzelf kunnen zorgen. Houden zo.   

Huub de Graaff